Tagged with "onderwijs Archives - David Geens - De kunst van het mogelijke"

Open brief aan Klavertje Vier

Beste leerkrachten en ander schitterend personeel van basisschool Klavertje Vier,

 

klavertje vierIk hoorde vandaag dat jullie overwegen om te staken op 15 december, maar dat jullie nog in tweestrijd zijn. Met deze brief wil ik jullie helpen de beslissing te nemen. Laat ik duidelijk zijn in mijn advies: staak niet.

Ik geef jullie daarvoor drie redenen.

 

De eerste reden kan ik gewoon ophalen in mijn open brief ik die jullie schreef in december 2010. Het is economisch niet interessant om te staken, als jullie met de staking willen aangeven dat het Vlaamse onderwijs (terecht) niet de middelen krijgt die ze nodig hebben.

 

De tweede reden is omwille van jullie pedagogische autoriteit. Als jullie staken, leren jullie de kinderen in jullie klas dat als je je zin niet krijgt, je best gewoon zegt “dan doe ik niet meer mee”. Om jullie dus veel problemen te besparen in jullie klas en jullie autoriteit op peil te houden – wat de dag van vandaag al een moeilijke taak genoeg is – adviseer ik jullie dus om niet te staken.

 

Maar de derde en belangrijkste reden zal ik in vraagvorm stellen: zijn de kinderen in jullie klas enkel het lijdend voorwerp van jullie job en bijgevolg dus louter het medium via hetwelke jullie je gerechtigd loon verdienen of zijn ze voor jullie het voorwerp van jullie liefde, affectie en toewijding waarmee jullie ze klaar stomen om waardevolle burgers in onze maatschappij te worden?

In dat laatste geval: gelieve niet te staken. Ik weet dat het niet leuk is dat we allemaal moeten inleveren, maar net zoals in mijn vorige open brief kan ik er toch op rekenen (sic) dat jullie als onderwijzend personeel voldoende noties van wiskunde en economie hebben om te beseffen dat een organisatie waar meer wordt uitgegeven dan verdiend gedoemd is om ten onder te gaan? Per slot van rekening is dat in wezen de reden waarom jullie in de eerste plaats willen staken niet, om voldoende inkomende middelen te behouden in de organisatie die jullie zelf zijn…

 

Gelieve dan even stil te staan bij het feit dat onze sociaal welvarende staat boven haar stand heeft geleefd en dat niet langer aankan. Het is nooit leuk iets te moeten afgeven wat reeds verworven was, maar als de afgifte bestemd is om niet meer te verliezen, what is then the greater loss (even er van uitgaand dat jullie ook voldoende talenkennis hebben)?

 

De middenvinger

 

Kortom, ik wil jullie er eens op wijzen dat als jullie staken, jullie in wezen jullie middenvinger opsteken tegen die kinderen die jullie dagelijks naar best vermogen proberen klaar te maken voor morgen. Voor welke morgen? Een toekomst die er veel minder welvarend uitziet dan nu…? Wat met het argument “jullie moet nu goed leren om later een goede job te hebben” als jullie nu zelf ondermijnen dat er morgen nog een job is?

 

Denk er ook aan dat de generatie die daar nu voor jullie zit en waar jullie zo schitterend zorg voor dragen – waar ik zoveel bewondering voor heb dat jullie dit doen -, later de generatie is die voldoende inkomsten moeten genereren om jullie te laten genieten van een pensioen dat liefst niet pas ingaat op jullie 75ste. Met andere woorden, als jullie staken, steek je ook je middenvinger op naar mekaar en naar jezelf. Want als jullie nu het sociaal herverdelingsmechanisme aanvallen, riskeer je dat de toekomstige generatie helemaal niet meer solidair wil zijn met de vorige generatie die de toekomst voor hen heeft uitgehold door het creëren van een onverwachtwoorde schuldenput.

 

De krekel en de mierKortom, het is misschien eens het moment om op een andere manier dan met een verlengd weekend zaken duidelijk te maken. Geef die dag les, maar geef les op het juiste niveau van hoe we voor mekaar zorgen. Ga aan de slag met het verhaal van de krekel en de mier en toon dat jullie mieren zijn en geen krekels. Die kindjes voor jullie zijn de mieren die mee voor jullie moeten zorgen later; leer hen dus voor jullie eigenbelang om geen krekels te zijn. Spendeer die dag eens niet aan de dagelijkse lessen, maar zoek een manier om eens op hun niveau uit te leggen wat het spreekwoord “de tering naar de nering” zetten betekent. Ga eens op bedrijfsbezoek die dag en toon hen hoe belangrijk het is dat we ondernemers hebben in onze maatschappij. Laat hen allemaal een tekening of een opstel maken voor papa, mama, de burgemeester, de koning, de minister, waarin ze op hun manier duidelijk maken dat we voor mekaar moeten zorgen. En voor de durvers: maak ook een tekening voor de vakbonden.

 

Als jullie dat doen, bereiken jullie veel meer dan met een dag niks te doen. Wil je een goede toekomst, steek dan de 15de december de handen uit de mouwen om de volgende generatie duidelijk te maken dat jullie nu met hen inzitten. Dan zullen zij hopelijk diezelfde bezorgdheid met jullie delen in jullie gouden jaren.

 

aug 13, 2011 - In Vlaanderen    No Comments

Bepamperen leidt tot infantiel gedrag

De rellen in Londen hebben me al enkele dagen bezig gehouden. De vraag over het ontstaan speelt regelmatig door mijn hoofd.

ik kan er niet aan doen maar ik heb sterk het gevoel dat we nu oogsten wat we al tientallen jaren zaaien. Men spreekt van jongeren die vinden dat ze op alles recht hebben en dus gewoon pakken wat ze menen nodig te hebben, zonder vrees om gestraft te worden. En zonder het het verdienen.

Dan denk ik aan Vlaanderen: kan dit hier ook gebeuren? En volgens mij wel.

Onderwijs moet geherwaardeerd worden

Neem nu het onderwijs. ik ben nu zelf ouder en als ik vergelijk wat het onderwijs nu voorstelt tegenover toen ik zelf studeerde: amai, het is zo simpel geworden. Intelligentie aanmoedigen is “not done” tegenwoordig, zo lijkt het wel.

De democratisering van het onderwijs is voornamelijk een socialisering geworden en alles wat we socialiseren in ons land betekent de facto gewoon een nivellering. Sorry, maar de democratisering van het onderwijs is een nobele opdracht, doch is samen te vatten dat iedereen gelijke kansen moet krijgen om degelijk onderwijs aan te vatten.

Het is geenzins de bedoeling dat iedereen gelijke rechten op een diploma heeft. Een diploma is nog altijd het bewijs dat je je iets hebt eigen gemaakt, een bewijs van kunde.

Ik heb het al vaker gezegd: we zijn allemaal even veel waard, maar we zijn niet allemaal gelijk. Als we allemaal gelijk moeten zijn, dan noemen we dat communisme.

En net dat zien we gebeuren in onze maatschappij. We halen de normen constant naar beneden om iedereen gelijk te maken.

We hanteren loonbarema’s, een pak beperkingen in individuele afspraken tussen werkgever en -nemer, om toch maar te voorkomen dat mensen die het waard zijn, meer verdienen. Dit is trouwens nog gekend onder een andere naam: afgunstsocialisme.

Tegelijk gaan we aan de onderkant een pak geld weggeven zonder tegenprestaties en zonder voorwaarden, zoals bv de werkloosheidsuitkering zonder beperking in de tijd. De werkloosheidsval is ook gekend: het verschil tussen werken en sociale uitkering is vaak te klein om aan te sporen tot werken.

Let wel, ik ben de eerste om in de bres te springen voor wie het nodig heeft. Maar om dat sociaal systeem vol te houden, moeten we ook moedig durven zijn en niet betalen aan wie het niet verdient.

Onze economie kan niet doorgroeien omdat we als werkgever moeite hebben met personeel te vinden. Tegelijk staan een hoop mensen aan de dop. Waarom? Omdat ze niet bruikbaar zijn als werknemer. Onvoldoende geschoold, onvoldoende gemotiveerd.

Ons onderwijs moet dringend uit de neerwaartse spiraal gehaald worden. Eenheidsworst is uit den boze. De gelijkwaardering (en niet gelijkstelling) van algemeen, technisch en beroepsonderwijs moet dringend en ten gronde uitgevoerd worden.

Een pakkend gerecht

Als we dan daar ook nog eens de analyse naast leggen van een falend gerecht, dan krijgen we een explosieve mengeling. We hebben een de facto straffeloosheid. Politiemensen geraken gedemotiveerd om nog op te treden, want het gerecht laat de daders sneller vrij dan dat zij hen kunnen oppakken. De agenten worden als tuig behandeld, terwijl het omgekeerd moet zijn.

Als criminele jongeren een ganse gemeente terroriseren en zelfs bepalen wat mag uitbranden en waar niet, moet een burgemeester het niet als onschuldig afschilderen.

Als een minderjarige een andere doodsteekt voor een MP3-speler, moet je niet drie weken later hem belonen met uitstapjes naar de voetbal.

Bouw snel een pak gevangenissen. Voer alle straffen terug uit: zowel die van zeven dagen als die van zeven jaar. Pak eerder die onderkant aan dan de bovenkant door te gaan discussiëren over een verstrenging van de wet Lejeune.

Geef een veroordeelde de kans op reïntegratie in de maatschappij, maar heb ook oog voor het feit dat we moeten bestraffen.

Iedereen verdient een tweede kans, maar wie die kans genadeloos verkwanseld, heeft geen recht meer op genade. Recidivisme moet zwaar aangepakt worden. Ja, zelfs als dat betekent dat iemand de facto levenslang zal doorbrengen in een gevangenis. Er is immers niet alleen de straf voor de misdadiger die telt, maar ook de bescherming van de maatschappij.

Is dat hard? Sinds wanneer is rechtvaardigheid hard? Wie iets mispeutert, moet de gevolgen leren dragen. Anders krijg je Engelse toestanden.

Het begint met opvoeden

Een belangrijke taak is dus weggelegd voor de maatschappij. Persoonlijk vind ik het de taak van de overheid om de slinger van het socialisme die te ver is doorgewipt, een stuk terug te draaien. Is dat een rechts beleid? Volgens mij niet. Is het net niet sociaal om te geven aan hen die verdienen? Zowel ten goede als ten kwade? De zwakken beschermen tegen de sterksten die het recht in eigen handen nemen, is de eigenlijke taak van het socialisme.

Maar als we vanuit de overheid blijven bepamperen, moeten we niet verwonderd staan dat we infantiel gedrag krijgen.

Trouwens, niet alleen de maatschappij moet stilstaan bij het bepamperen. Iedere ouder heeft daarin een loodzware taak. Een kind straffen: dar hoort er bij. Als jouw kind een ander kind pest of uitsluit, dan verdient jouw kind straf.

Als jouw kind een snoepje steelt in de winkel, laat het dan maar publiek excuses vragen. Vernederend? Neen, helemaal niet. We moeten onze kinderen leren dat ze verplichtingen hebben tegenover de maatschappij en daar verantwoording moeten aan afleggen.

Een kind heeft het recht fouten te maken en een ouder heeft de plicht het kind daar uit te laten leren. Wie op 18 jaar die lessen nog moet leren, is een vogel voor de kat.

Fouten maken we allemaal en vergeven, zowel vanuit onze rol als individu als vanuit de maatschappij, is belangrijk en onmisbaar. Maar een oude christelijke wijsheid gaf al aan dat vergeving zonder spijt en boetedoening eigenlijk zonder waarde is.

Kunnen we daar eens werk van maken, zodat we teruggaan naar een rechtvaardige én sociale samenleving? Zonder rellen…

dec 29, 2009 - In Vlaanderen    No Comments

Onderwijsstress

Ik las onlangs volgend stuk:

Dokter Luc Swinnen, die gespecialiseerd is in gezondheidseconomie, is al een tiental jaar bezig met onderzoek naar stress. 1171 kinderen van het vijfde en zesde leerjaar alsook van het eerste en tweede jaar secundair onderwijs werden onderzocht. Bij eenderde van de onderzochte kinderen werd stress vastgesteld. Zijn advies aan de scholen luidt als volgt: ‘Intussen raad ik leerkrachten toch aan kinderen minder onder druk te zetten en rekening te houden met individuele verschillen. Kinderen met stress zijn geen uitzonderingen meer.’

[…]

Het rivaliserende puntensysteem maakt van jonge mensen meer en meer kleine concurrentjes. Waarom leggen we niet meer de nadruk op teamwerk? Waarom leerlingen niet samen een taak laten volbrengen? Door de zogenaamd slimste van de klas te laten samenwerken met de zogenaamd minst begaafde leren ze vooral veel van elkaar. Ze leren elkaar beter kennen en appreciëren. Ze leren samenwerken: solidariteit in plaats van rivaliteit. De knapste leerling beseft ineens wat het betekent als je niet zo royaal bedeeld bent met intelligentie. Hij leert rekening te houden met een ander door zich in diens plaats te stellen. Het is alvast een leerzame les in empathie. Diegene die altijd aan het staartje van de klas bengelde, kan nu ook eens een behoorlijke prestatie leveren. Eindelijk voelt hij zich ook eens iemand. Plots is naar school gaan niet meer te reduceren tot het incasseren van frustraties. De vreugde van het samenhorigheidsgevoel is zoveel groter dan het ijdele succes dat te rapen valt uit een meedogenloze concurrentiestrijd waarbij mensen tegen elkaar worden opgezet en leren elkaar genadeloos te bestrijden.

De alsmaar toenemen prestatiedruk in het onderwijs is zeker niet toe te schrijven aan de houding van de leerkrachten. integendeel, velen van hen zetten zich in met een bewonderenswaardig idealisme. De meesten van hen zijn zelf niet gelukkig met de ontwikkeling, waarvan ze trouwens ook het slachtoffer zijn. […] Zou het niet beter zijn het programma wat draaglijker te maken in de plaats van diegenen die het ondraaglijke ritme niet meer aankunnen te leren beter op hun tenen te lopen?

bron: Moordenaars En Hun Motieven, Jef Vermassen, EAN 9789059900226

Ik vind dit een goed stukje om eens te mijmeren over ons onderwijssysteem.

Laat ik beginnen met de argumenten waarmee ik het eens ben.

Ja, de druk op onze kinderen is soms te hoog. Al van in de kleuterklas ligt er veel nadruk op het cognitieve. Misschien herinner ik het mij allemaal niet meer zo goed, maar onze voornaam kunnen schrijven en een beetje tellen was zowat het maximale wat er qua schoolse kennis van mij werd verwacht in het derde kleuterklasje.

Als ik dat vergelijk met de zaken waarmee mijn jongste naar huis komt plus wat ik hoor op de besprekingen van zijn vorderingen… Zo ben ik het volmondig eens met directeur Daan dat er niet enkel aandacht moet zijn voor het intellectuele niveau (waar Lucas inderdaad het al zou aankunnen naar het eerste leerjaar te gaan), maar er is ook het emotionele niveau.

Kortom, scholen zijn te sterk geneigd naar het IQ te kijken en minder naar het EQ.

Waar ik het niet mee eens ben is dat uit de vaststelling van het voorgaande zomaar een gelijkschakeling moet gebeuren. Een systeem waarbij ook de zwaksten altijd moeten meekunnen, is ronduit een nivellering, en altijd in neerwaarste richting.

De emancipatie van het onderwijs heeft tot doel gehad (en heeft tot doel) iedereen gelijke kansen te bieden. Die gelijke kansen slaan dan wel op de gelijke toegang tot de onderwijssystemen en niet noodzakelijkerwijs ook op de gelijke uitgang.

Want naast een neerwaarste nivellering van het niveau, heeft dit ook gelijd tot de opwaarste druk, waar Jef Vermassen naar verwijst. Er wordt van iedereen verwacht mee te kunnen. Zo zijn we tot het vermaledijde watervalprincipe gekomen waarbij iedereen maar wanhopig tracht te overleven in het ASO en enkel de mislukkelingen afzakken naar het TSO of – erger nog – naar het BSO…

En dat terwijl we moeten vaststellen dat we op zijn 18de een diploma ASO in handen heeft, gedoemd is om nog bij te studeren vooraleer hij iets waard is op de arbeidsmarkt. De handige harry met een goede technische opleiding wordt quasi van de schoolbanken gesleurd om aan de slag te gaan in het arbeidscircuit. Spijtig genoeg wordt dit sociaal niet genoeg gewaardeerd, hoewel we met zijn allen zuchten als we dringend een loodgieter nodig hebben en die pas na een week tijd heeft voor een dringende klus.

Ik vind dan ook dat de oplossing er niet in ligt om het ASO “haalbaarder” te maken voor meer, maar wel de diversiteit zijn eigenwaarde terug te geven.

In die zin ben ik ook altijd tegenstander geweest van het eenheidstype. Ik ben nooit voor eenheidsworst: hetzelfde voor iedereen. Da’s de basisgedachte van het communisme en die leerstrekking heeft al lang haar eigen failliet bewezen.

Ik ben het met Vermassen eens dat er in de klas ook aandacht voor groepswerk moet zijn en tevens aandacht voor de diversiteit. Misschien is de wiskundig begaafde wel een muzikale zwakkeling. Het is de kunst van de school in ieder kind de eigen waarde te ondekken, zodat het kinds eigenwaarde stijgt en tegelijk de weerbaarheid tegen stress toeneemt.

Het mag echter geen constante afremming worden voor de intellectueel sterkeren. De war for talent zal nooit (meer) stoppen en dat is maar goed ook. Stel je eens voor dat we Einstein constant verplicht hadden makkelijke wiskunde te bedrijven? Of dat Newton zich enkel moest bezighouden met hoe hij van die gevallen appel appelmoes kon maken?

Diversiteit is belangrijk. Mijn grootmoeder zei altijd “er zijn er van alle soorten nodig”. Deze simpele boerenwijsheid lijken we soms te vergeten. Het lijkt alsof er maar van één soort nodig zijn en vooral dat veroorzaakt stress in het onderwijs.

Laat ons dus meer aandacht krijgen voor diversiteit. Als we in ieder van ons de eigen-waarde kunnen aanstippen, is er meer ruimte ook de ander-waarde van anderen te (h)erkennen. Als we zelf weten wat we waard zijn, is er minder nood aan navelstaarderij (iets waar Vermassen ook regelmatig naar verwijst in zijn boek als mogelijke oorzaak voor het meer voorkomen van geweldplegingen).

Zegt een andere oude wijsheid niet immers “hou van een ander zoals van jezelf”? Of anders gezegd: je kan pas van een ander houden als je van jezelf houdt…

Ik hoop dan ook dat het komend decennium het onderwijs in zijn geheel eens terug durft afwijken van het linkse politiek-correcte denken dat we allemaal universiteitsstudenten in spe zijn en dat er eens terug een minister van onderwijs komt die durft zeggen dat er verschil moet zijn.

mrt 28, 2009 - In Vlaanderen    No Comments

België werkt niet meer – deel 1

Ik ben voor mezelf begonnen een lijst aan te maken van alle gebeurtenissen in onze politiek die aantonen waarom ik ijver voor meer Vlaanderen: omdat België gewoonweg niet meer werkt.

Ik ga (voorlopig nog) niet teruggraven in het verleden, de lijst zou belachelijk lang worden.

De oogst van dit weekend:

1. Belangenconflict faciliteitenonderwijs

Een beetje achtergrondinformatie: in de faciliteitengemeenten in de Vlaamse rand hebben de franstaligen recht op basisonderwijs in het Frans. Aangezien de Vlaamse Gemeenschap verantwoordelijk is voor de materie onderwijs, worden deze scholen bekostigd door Vlaanderen.

Even terzijde, omgekeerd echter wordt het Vlaamse schooltje in Komen nog altijd niet door Wallonië betaald, dus dat is eigenlijk al een tweede punt waaraan je ziet dat België niet (meer) werkt.

De Vlaamse overheid vond echter dat als zij verantwoordelijk was, ze die verantwoordelijkheid ook ten volle wou opnemen en dat ze dus inspecties mocht sturen naar die scholen. De Franstaligen stonden meteen op hun achterste poten: Vlaanderen mag betalen, Vlaanderen mag luisteren naar hun klachten en er voor opdraaien, maar Vlaanderen mag niet controleren en bijsturen.

Om dat voor eens en altijd duidelijk vast te leggen, heeft het Vlaams Parlement in de commissie onderwijs op 13 december 2007 een ontwerp van decreet unaniem goedgekeurd. Het voorstel bevestigt de grondwettelijke bevoegdheid en verantwoordelijkheid van de Vlaamse Gemeenschap ten aanzien van het Vlaamse Franstalige basisonderwijs in de Vlaamse randgemeenten.

De Franstaligen zijn – zoals gezegd – dus niet akkoord en wat doen ze? Belangenconflicten inroepen. Er zijn er al twee gepasseerd (de eerste ingeroepen door het Franstalig Gemeenschapsparlement, tweede door de Franse Gemeenschapscommissie (Brussel)). Deze zijn gekomen en gegaan zonder overleg, want dat is niet nodig: de bevoegdheid omtrent deze materie is toch duidelijk.

Toch riep het Waals Parlement (jaja, vergeet niet dat men aan de andere kant van de taalgrens drie parlementen heeft, om hetzelfde werk te doen waar Vlaanderen er maar één voor nodig heeft; over goed bestuur gesproken dus) een belangenconflict in.

Het Waals Parlement is niet eens bevoegd voor onderwijs, dus dit is zelfs een onwettelijk belangenconflict. De Belgische overheid laat maar begaan in wat eigenlijk “toonbeeld van federale disloyauteit van de kant van de Franstaligen is” (dixit Helga Stevens).

De N-VA heeft inmiddels beslist niet meer mee te doen aan deze poppenkast en is uit het overlegcomité gestapt dat normaal nu het overleg moet begeleiden.

Best is inderdaad om gewoon nu door te bijten totdat ook dit belangenconflict is uitgezeten zodat het Vlaams Parlement dan het concreet kan stemmen.

2. Soloslim Turtelboom

Al sinds de start van de regering komt er maar geen overeenkomst tussen de Walen en de Vlamingen over het regularisatiebeleid.

Kort samengevat: de Walen willen de kraan wagenwijd opendraaien, want de meeste immigranten spreken en stemmen dus Frans.

De Vlamingen daarentegen beseffen dat Vlaanderen toch diegene is die de rekening moet betalen en dat er in quasu sprake is van een sluipende verfransing van Vlaanderen en wil hierin niet toegeven, de Open-Vld op kop in deze.

Van Rompuy, de oudere, heeft nu al een paar weken geprobeerd overleg te plegen tussen de partijen die lijnrecht tegenover mekaar staan, zonder succes.

Dus heeft minister Annemie Turtelboom een Letermke gedaan: ze heeft zelf alvast enkele criteria versoepeld voor gezinnen met kinderen die hier naar school gaan.

Versoepeld zegt u? Is dat niet tegengesteld aan wat de bedoeling is van Open-Vld?

Neen, ook Open-Vld wil niet onmenselijk zijn. Het is gewoon een politiek slimme zet. Turtelboom heeft nu eigenhandig bepaalde criteria vastgelegd en die zijn nog steeds zeer streng. Tegelijk kan ze zeggen dat ze nog niet de slechtste is.

In ieder geval, bewijs nummer twee dat België niet meer werkt en er langs Vlaamse kant gewoon een andere noodzaak is dan aan Waalse kant zodat beter ieder hun gang zouden gaan in plaats van mekaar te blokkeren.

jun 4, 2008 - In de pers    No Comments

Participatie

Participatie

Uit uw artikel blijkt dat de participatie geen hoge toppen scheert in het onderwijs, ook de decretaal verplichte participatieraad zelf ontbreekt vaak (DS 3 juni).

Het is echter zo dat vele schooldirecties niet meewerken bij de oprichting hiervan. Soms zelfs ontmoedigen of tegenwerken. Zo ook in het Gents Stedelijk Onderwijs, waar bewust gezorgd wordt voor een ontradingseffect. Voor tweeverdienende ouders die zich vrijwillig willen inzetten, is het quasi onmogelijk om zich op wisselende momenten overdag vrij te maken voor vergaderingen. Daardoor zijn het aantal kandidaten beperkt. In Gent is dat voldoende reden om de raad niet te installeren, hoewel het decreet duidelijk stelt dat het ontbreken van bepaalde kandidaturen, geen reden mag zijn tot niet-oprichting indien er ook maar één andere kandidaat is.

Naar wat ik verneem is dit op vele plaatsen net hetzelfde: directies staan niet te springen om die ‘ouders-bemoeials’ binnen te halen.

David Geens (Knesselare)

© 4 juni De Standaard & David Geens

jun 4, 2008 - Geenszins    No Comments

Weinig participatie in het onderwijs

In De Standaard van 3 juni 2008 werd een kort artikel geschreven over de gebrekkige participatie in het Vlaams onderwijs.

‘Weinig effect participatiedecreet’

BRUSSEL – Volgens het katholiek onderwijs schiet het participatiedecreet zijn doel voorbij.

Het participatiedecreet, dat op initiatief van de vorige minister van Onderwijs, Marleen Vanderpoorten (Open VLD), in 2004 van kracht werd, heeft niet tot meer participatie geleid.

Dat antwoordden zeven op de tien directeurs van katholieke scholen in een rondvraag van de koepel van het katholiek onderwijs (VSKO). Ook zijn er in de bevraagde scholen over het algemeen weinig kandidaten voor de pedagogische raad, leerlingenraad, ouderraad en schoolraad. Hoewel die laatste raad door de invoering van het decreet verplicht is, heeft tien procent van de basisscholen en drie procent van de secundaire scholen geen schoolraad. Het participatiedecreet van de liberale minister heeft nooit op de steun van de katholieke onderwijskoepel kunnen rekenen. Vooral het formele karakter van alle raden en procedures werd als een verstikking van het vrije schoolklimaat gezien. Vandaar ook dat de negatieve reacties van de directeurs vier jaar later niet echt als een verrassing komen.

Als beleidsconclusies uit de rondvraag onthoudt het VSKO dat het participatiedecreet vereenvoudigd zou moeten worden en dat het schoolbestuur, dat achter de schermen een belangrijke rol speelt, beter deel zou uitmaken van de schoolraad. (pl)

Aangezien het hier over het katholiek onderwijs ging, voelde ik mij genoodzaakt een lezersbrief naar De Standaard te sturen, die vandaag gepubliceerd werd:

Participatie

Uit uw artikel blijkt dat de participatie geen hoge toppen scheert in het onderwijs, ook de decretaal verplichte participatieraad zelf ontbreekt vaak (DS 3 juni).

Het is echter zo dat vele schooldirecties niet meewerken bij de oprichting hiervan. Soms zelfs ontmoedigen of tegenwerken. Zo ook in het Gents Stedelijk Onderwijs, waar bewust gezorgd wordt voor een ontradingseffect. Voor tweeverdienende ouders die zich vrijwillig willen inzetten, is het quasi onmogelijk om zich op wisselende momenten overdag vrij te maken voor vergaderingen. Daardoor zijn het aantal kandidaten beperkt. In Gent is dat voldoende reden om de raad niet te installeren, hoewel het decreet duidelijk stelt dat het ontbreken van bepaalde kandidaturen, geen reden mag zijn tot niet-oprichting indien er ook maar één andere kandidaat is.

Naar wat ik verneem is dit op vele plaatsen net hetzelfde: directies staan niet te springen om die ‘ouders-bemoeials’ binnen te halen.

David Geens (Knesselare)

Wie op deze blog terugzoekt naar artikels over het Gentse Stedelijke Onderwijs zal in meer detail kunnen lezen wat ik bedoel.

Er is geen enkele onderwijsvorm dan het stedelijk/gemeentelijk onderwijs waar de inrichtende/betalende macht zo dicht op het schoolbeleid zit. In stedelijk onderwijs is er zelfs een schepen van Onderwijs, die daadwerkelijk mee over de schouder van de directie kijkt. In het katholiek onderwijs is er de Guimardstraat, maar die zit redelijk ver af. Weinig katholieke scholen hebben nog een priester of monnik aan het hoofd staan. In het Gemeenschapsonderwijs krioelt het van de “regeltjes van Brussel”, maar da’s op papier.

Dus naar mijn mening is er ook geen enkele andere type onderwijs dan het stedelijk onderwijs zo afkerig van participatie. De directies hebben al genoeg af te rekenen met de politieke bemoeials en de politieke bestuurders geven meestal blijk van weinig inspraak.

Ik vraag me dus af of die percentages van ontbrekende participatieraden in het stedelijk onderwijs niet hoger zijn dan 10%…

mei 20, 2008 - In Knesselare en Ursel    No Comments

Schoolfeest Klavertje Vier op 31 mei 2008

Mag ik jullie allemaal van einde en ver uitnodigen om op zaterdag 31 mei mee te komen feesten in kleuter- en basisschool ’t Klavertje Vier in Knesselare?

’t Is voor een goed doel: de turnzaal van onze jongens en meisjes heeft dringend een nieuwe vloerbekleding nodig en de opbrengst van deze dag moet zorgen voor voldoende materiaal voor alle papa’s en mama’s die deze zomer de handen uit de mouwen gaan steken en hun knieën gaan verslijten.

Meer informatie vind je in de uitnodiging van “meneer Daan”:

Knesselare 16 mei 2008

Betreft: Schoolfeest op 31 mei 2008

Beste kinderen, ouders, vrienden en sympathisanten

Binnen enkele weken is het voor onze school een grote dag! Schoolfeest! Wij zijn trots en blij u te mogen uitnodigen voor dit leuke evenement. Er staat heel wat op stapel. Nee, dit jaar geen sneukelwandeling op het schoolfeest. Niet getreurd, we organiseren voor de culinaire stappers in september een grote en vooral lekkere sneukelwandeling. Ons schoolfeest dit jaar staat in het teken van de kinderen!

Wat valt er die dag allemaal te beleven?

Van 13 tot 14uur zetten wij de deuren van de klassen open. U kan er, alleen of samen met familie en vrienden, een kijkje komen nemen in de klassen. De juffen zullen u met veel plezier vertellen hoe alles in zijn werk gaat in de klas. Zij zullen u graag de werkjes, de boekjes, de hoekjes, kortom alles tonen wat er te vinden is binnen de klasmuren.

Na dat interessante uurtje gaan we van start met ons feest. De kindjes kunnen hun hart ophalen op een speciaal aangelegd go-cartparcours, op een springtapijt, in een ballenbad, in de kinderdisco, … .

De kindjes, maar ook de grote mensen, kunnen een balletje komen slaan op ons mini-golfterrein. De kleintjes kunnen er zelfs een prijs mee winnen.

Wij denken natuurlijk ook aan de innerlijke mens. Op ons zomers terras kunt u genieten van een ijsje, pannenkoeken, een verfrissend…nu ja, dat mag u zelf kiezen.

Vanaf 17uur kunt u ook genieten van kip aan ’t spit. Voor ¤ 10,00 krijgt u een halve kip met frietjes en zomerse groentjes. De kindjes kunnen voor ¤ 5,00 kiezen tussen ofwel vol-au-vent ofwel een kippenboutje met frietjes. Mogen wij u vriendelijk vragen om hiervoor in te schrijven met onderstaand strookje. Zo blijft het voor ons overzichtelijk.

Ik heb aan Frank Deboosere mooi weer gevraagd. Hij heeft me beloofd dat hij zijn best zou doen.

Hopend u die dag te mogen verwelkomen

Daan Terriere

—————————————————————————

Ik, ………………………………….., schrijf in voor

…….. x kip aan’t spit aan ¤ 10,00

…….. x vol-au-vent aan ¤ 5,00

…….. x kippenboutje aan ¤ 5,00

en betaal hierbij ¤ ………….. Handtekening

jul 1, 2007 - Autisme    No Comments

Eindelijk luisterbereidheid in De Zonnewijzer

Donderdagavond had ik een gesprek met mevr De Leenheer. Ze is een vriendelijke dame, doch een goed gevoel kon ze me niet geven.

Zo heeft ze in een gesprek van 15 minuten zich wel acht keer vergist van naam van Laurens en heeft ze drie keer Laurens en Lucas omgewisseld.

En wat ook opvallend was, weer had ze (on)handig de inschrijvingspapieren vergeten om Lucas in te schrijven, hoewel we reeds maanden geleden hem eerst mondeling hadden aangemeld bij de vorige directrice en de week nadien de papieren hadden ingevuld. Omdat ik een maneuver hierin vermoedde om te vermijden dat Lucas werd ingeschreven, heb ik aangedrongen omdat ik héél goed wist dat er een bundel inschrijvingspapieren altijd klaarligt in de klas.

Maar wat erger was, met een bocht waar Ayrton Senna jaloers zou op zijn geweest, kregen wij plots wel onze “goesting”. Nu ja, een poging tot…

Donderdagavond had ik een gesprek met mevr De Leenheer. Ze is een vriendelijke dame, doch een goed gevoel kon ze me niet geven.

Zo heeft ze in een gesprek van 15 minuten zich wel acht keer vergist van naam van Laurens en heeft ze drie keer Laurens en Lucas omgewisseld.

En wat ook opvallend was, weer had ze (on)handig de inschrijvingspapieren vergeten om Lucas in te schrijven, hoewel we reeds maanden geleden hem eerst mondeling hadden aangemeld bij de vorige directrice en de week nadien de papieren hadden ingevuld. Omdat ik een maneuver hierin vermoedde om te vermijden dat Lucas werd ingeschreven, heb ik aangedrongen omdat ik héél goed wist dat er een bundel inschrijvingspapieren altijd klaarligt in de klas.

Maar wat erger was, met een bocht waar Ayrton Senna jaloers zou op zijn geweest, kregen wij plots wel onze “goesting”. Nu ja, een poging tot…

Plots wordt er een lijst tevoorschijn getoverd waarop moet blijken dat Laurens wel bij zijn huidige juffenduo kan blijven. Men vindt het nodig dat de klassen herschikt worden en men heeft een simpele regel ingevoerd. Men neme al de kinderen, rangschikt ze volgens leeftijd en trekt in de helft van de lijst een streep. Voila, klassen verdeeld. Geen enkele achtergrond van karakters die samenpassen, vriendschappen (zo zeldzaam bij ASS-kindjes dat ze gekoesterd zouden moeten worden als een ruwe diamant notabene), of watdanook dat in rekening wordt gebracht.

Resultaat: Laurens wordt als tweede jongste ingedeeld in de klas van juf Sophie en juf Vivi. Maar er is ook onze Lucas. En wat nu? Lucas als jongste mee in de jongste klas en ze samen zetten of Laurens dan toch doorschuiven? Neen, wij mogen bij wijze van uitzondering kiezen. Laurens bij zijn vertrouwde juffen laten en Lucas in de andere klas (bij de juf met wie het al zo zalig klikt)? Nu ja, lijkt het beste hoewel we dan moeten vaststellen dat Lucas als allerjongste bij de alleroudste terecht komt en dat het voor Laurens betekent dat al zijn klasgenootjes vertrekken naar de andere klas. Ver van ideaal.

Straffe noot is eigenlijk dat later op de avond ik toevallig een lijst op een bureau zie liggen, met name een kopie van de net genoemde en getoonde lijst maar waar reeds wijzigingen op stonden geschreven: Laurens was aangeduid om in de andere klas te zitten en Lucas bij Sophie en Vivi… Vandaar dus het geciteerde betere bochtenwerk.

Moesten we nu blij zijn? Zeker niet. Niet omdat het nog ver van de beste situatie was voor onze kinderen maar ook omdat het voor de andere kinderen nog steeds niet opgelost was.

Ik heb een andere betrokken ouder zien staan huilen in de gang van pure ellende. De dag nadien is er trouwens een regelrechte scheldpartij geweest tussen de directrice en een andere ouder. Als een directrice dan roept “och, pakt uw kinderen mee naar huis en schrijft ze ergens anders in”, moet er dan nog meer gezegd worden dan dat je van een directrice toch een andere attitude verwacht?

Ik blijf me vragen stellen naar de achterliggende reden voor de herverdeling. Vorig jaar (na het eerste opstartjaar) was de vraag voor een eerste keer gesteld en toen heeft de toenmalige directie samen met de leerkrachten én de pedagogische begeleidingsdienst beslist dat het de beste keuze was om de indelingen aan te houden. Een advies dat kon en kan tellen!

Volgens mevr De Leenheer is zoiets nodig om de kindjes leren om te gaan met veranderende situaties. Trek die redenering door en dan kan je aangepast onderwijs voor ASS afschaffen…

Wij als ouders kiezen net voor De Zonnewijzer omwille van de speciale en unieke aanpak, omdat dankzij de structuren onze kindjes wel een doorgang vinden naar onze wereld. Er is een goede uitspraak in omloop over ASS: we moeten niet proberen de kinderen onze wereld te laten snappen, wij moeten proberen hun wereld eens te snappen. Zo kan er contact gelegd worden en vanuit dat contact kunnen er pogingen ondernomen worden om hen weerbaarder te maken. Ik betwijfel echter zeer sterk of mevrouw De Leenheer hiervan op de hoogte is. Ik zal haar een boek sturen geschreven door een gerenomeerd onderzoekster op het gebied van ASS en zelf moeder van een autistisch zoontje (dus dubbel ervaringsdeskundige) die dat heel goed uitlegt. Mevr De Leenheer kan het gebruiken.

Want het viel me op dat meermaals in het gesprek ze de term “kinderen met het vermoeden van ASS” bleef gebruiken. Ze wil dus maar niet aanvaarden dat men wel degelijk ASS kan vaststellen voor de puberleeftijd. Ik heb binnenkort een afspraak met professor Schoentjes: ik zal hem hiermee eens confronteren. Prof Schoentjes is kinderpsychiater aan het UZ Gent en is hoofd van het austismereferentiecentrum. Ik ben eens benieuwd hoe hij gaat reageren als ik hem vertel dat hij in wezen een fraudeur is, want dat er geen nood is aan kinderpsychiaters die diagnoses stellen…

Ik kon dan ook niet anders dan opnieuw de directie van het Gentse stedelijk onderwijs te verzoeken af te zakken naar De Zonnewijzer en met de leerkrachten zelf te praten in plaats van met de directie. Het ganse team vond het immers geen goede beslissing. Geen enkele pedagoog die ik gecontacteerd heb vond het een goed idee. De thuisbegeleiding vond het geen goed idee. Wij vonden het geen goed idee. Andere ouders vonden het geen goed idee. Hoeveel mensen zijn er nodig om vast te stellen dat een idee niet goed is?

Iedereen maakt fouten. Een mevrouw die voor het eerst directrice wordt mag fouten maken. Zeker als ze terecht komt in een buitengewoon onderwijs en zeer zeker als ze niet vertrouwd is met de problematiek die daar in de school wordt aangepakt.

Maar ze mag één fout niet maken: denken dat ze het beter weet. Ze zou moeten weten dat ze nog veel moet leren. Ze zou dankbaar moeten zijn om te kunnen leren van haar juffen. Ze zou open moeten communiceren met de ouders. En niet eenzijdig beslissingen doordrukken waar zo veel weerstand tegen is.

Voor zover ik nu echter heb vernomen – ik heb nog geen officiële bevestiging – zou de hogere directie de beslissing herroepen hebben na het uiterst noodzakelijk gesprek met de juffen. Ik hoop snel antwoord te krijgen zodat we allemaal, ouders en juffen, met een geruster gemoed de vakantie kunnen aanvatten en uitkijken naar 3 september…

We kunnen dat dan als nieuwe start beschouwen. Ik heb al met andere ouders gesproken en deze zomer organiseer ik eens een barbecua voor de geïnteresseerde ouders. Dat zal dan de start zijn van een ouderraad, die problemen zoals deze van afgelopen week kan kanaliseren en als contactorgaan kan dienen voor directie en leerkrachten enerzijds en alle ouders anderzijds. Sommige ouders zijn immers minder weerbaar en zullen makkelijker hun zorgen delen met andere ouders dan deze kenbaar te maken aan de directie. Meer communicatie zal iedereen helpen, ook mevrouw De Leenheer.

Dan kunnen we daarna het gebeurde afsluiten als een ongelukkige start van mevrouw De Leenheer en kunnen we er met het ganse team voor zorgen dat zulke accidents de parcours niet meer opnieuw gebeurt.

jun 26, 2007 - Autisme    No Comments

Pedagogische nonsens

Soms kan ik zo moe worden om als ouder van ASS-kindjes altijd maar opnieuw een strijd te moeten leveren. Meestal is het een strijd tegen instituten en dergelijke, maar heel soms kom je op totaal onverwachte plaatsen mensen tegen die zo kwetsend kunnen zijn…

Neem nu mevrouw Rita de Leenheer. Sinds kort is zij vervangend directrice van De Zonnewijzer in Gent, waar onze kindjes naar school gaan – althans onze oudste gaat daar nu en het is de bedoeling dat de jongste nu op 1 september daar ook start.

De Zonnewijzer wordt geacht een kleuterschool te zijn voor buitengewoon onderwijs die aangepast is voor kleuters met een vermoeden van ASS en voor kleuters met autismespectrumstoornissen.

Maar in een discussie vandaag met de nieuwbakken directrice bleek vandaag dat zij wel haar héél eigen mening er op nahoudt…

Volgens mevr De Leenheer zijn er alleen maar kleuters met een vermoeden van ASS. ASS kan volgens haar alwetendheid pas vastgesteld worden op latere puberleeftijd, dus na de leeftijd van 16 jaar…

Kijk, ieder zijn mening natuurlijk, maar als een leerkracht die nu plots directrice mag spelen, denkt dat ze het beter gaat weten dan een hele reeks ouders, professoren en Centra voor Ontwikkelingsstoornissen, dan stel ik me ernstige vragen hoe zo iemand degelijk leiding kan geven aan een school voor kindjes met een probleem dat volgens haar niet bestaat.

Om u aan te geven hoe op een cynische manier grappig haar uitspraak wel is, citeer ik volgend stuk uit de website van het COS van UZ Gent:

Tot onze grote spijt ontstaat er omwille van het grote aantal aanvragen voor multidisciplinair onderzoek, een wachtlijst waardoor de aanvrager een kortere tot langere tijd moet wachten alvorens een onderzoek kan gestart worden. De wachttijd varieert in functie van twee criteria:

  • Kinderen jonger dan 2 jaar: deze trachten we te onderzoeken binnen de twee maanden na de aanvraag
  • Kinderen ouder dan 2 jaar:
    • indien het een korte onderzoeksprocedure betreft(zonder observatie, oudergesprek en gestructureerde spelobservatie): middellange wachttijd
    • Indien het een uitgebreide onderzoeksprocedures: lange wachttijd

    Welke motivatie hebben we om op deze wijze met de aanvragen om te gaan:

    Wat betreft het leeftijdscriterium:

    • Bij zeer jonge kinderen is een vroegtijdige begeleiding vaak cruciaal in de verdere ontwikkeling, waardoor vroegtijdige diagnostiek onontbeerlijk is.
    • Voor zeer jonge kinderen zijn alternatieven nauwelijks voor handen.
    • Voor zeer jonge kinderen is slechts een korte onderzoeksprocedure nodig

Bij het COS streven ze dus naar om kinderen voor de leeftijd van twee jaar te diagnosticeren om op tijd te kunnen beginnen met een aangepaste begeleiding en opvoeding.

En ik kan getuigen dat het COS niet over één nacht ijs gaan. Laurens was 20 maand toen hij eerst werd getest en toen hebben ze gezegd “zeer sterk vermoeden van ASS” en hebben ze zelf gevraagd om zes maand later bijkomende testen en herevaluatie te doen. Na die tweede reeks vermeldt hun verslag “bevestigen wij een diagnose van autismespectrumstoornis”.

Wij hebben trouwens een jaar later zelf opnieuw een herevaluatie aangevraagd omdat het met het naar school gaan niet liep zoals verwacht en opnieuw werd zonder enige twijfel ASS bevestigd.

Ten getuige daarvan verslagen ondertekend door Dr Faes, gerenomeerd onderzoekster op het vlak van ASS bij jonge kinderen.

Wat moet je dan denken als je plots geconfronteerd wordt met een directrice ad interim die laat blijken dat de school waarover ze tijdelijk de scepter zwaait eigenlijk weinig nut heeft? Ik sta dan ook niet verwonderd dat ze vandaag tegen een andere ouder zei “och ja, waarom nog kiezen voor deze school, ze bestaat waarschijnlijk over twee jaar toch niet meer”…

Zo iemand is een pedagogisch gevaar. Ze neem eigengereid beslissingen over hoe de kinderen onderwijs moeten krijgen zonder dat er ook maar één iemand van het ganse onderwijzend team haar mening deelt. Ik zoek nog of ik iemand kan vinden in het CLB van Gent die de pedagogische keuzes van mevr de Leenheer zal steunen.

Het resultaat is er al wel naar: diverse ouders hebben hun kind inmiddels uitgeschreven. Ik kan hen wel begrijpen, maar ik kan er mij niet bij neerleggen dat iemand die denkt het beter te weten dan specialisten terzake, iemand die het nodig vindt ouders te behandelen alsof ze geen recht van spreken hebben, dictatoriaal zeggenschap heeft over wat noodzakelijk is voor mijn kinderen.

Het leven met twee kindjes met ASS is al zwaar genoeg; pedagogische nonsens kan ik missen als kiespijn.

jun 19, 2007 - Autisme    No Comments

Antwoord van schepen Coddens

Na mijn open brief aan de Gentse schepen van Onderwijs Rudy Coddens, heb ik hem mijn opmerkingen over zijn antwoord bezorgd.

Beste Rudy,

Bedankt voor uw snel antwoord.

Toch wil ik even inpikken op de initiatieven die u vernoemt.

Dit zijn allemaal scholen type 1 en 2, dus voor kinderen met ASS met een beperkte begaafdheid. Voor deze groep van kinderen zijn er inderdaad in en rond Gent meerdere initiatieven genomen. Soms nog niet genoeg, maar toch al iets meer.

De Zonnewijzer heeft zich specifiek op ASS met normale begaafdheid. Net voor deze kinderen is er heel weinig te vinden, ook in het lager onderwijs. Met als gevolg dat sommige kinderen nu reeds de overgang van De Zonnewijzer hebben gemaakt naar basisscholen in een niet-aangepast type, waardoor deze kinderen wel aandacht krijgen voor hun ASS-probleem, maar de kansen op verdergezet onderwijs ontnomen worden.

We beseffen uiteraard allemaal dat dromen van een oplossing op 1 september irreëel is, maar we willen niet in de eerste plaats toch dat deze materie niet onaangeroerd blijft.

Ik hoop alleszins u toch eerstdaags te kunnen ontmoeten om samen hierover van ideeën te wisselen.

Met vriendelijke groeten,

Namens De Zonnewijzerouders,

David Geens

Vandaag kreeg ik volgend hoopvolstemmend mailtje terug:

From: Coddens Rudy [mailto:[email protected]] On Behalf Of Schepen Coddens Rudy

Sent: Tuesday, June 19, 2007 8:34 AM

To: David Geens

Cc: Vanhoegaerden Nadine; Heyerick Luc; Hantson Edwin

Subject: RE: brief namens de ouders van De Zonnewijzer

Importance: High

Geachte heer ,

beste David ,

Ik besprak gisteren jullie vraag in mijn overleg met mijn departementshoofd , dhr Luc Heyerick.

Op korte termijn zien we geen mogelijkheid om een vervolg te bouwen aan de Kleuterschool De Zonnewijzer.

Hiervoor heb je een een nieuw pedagogisch project nodig , gebouwen en opgeleide personeelsleden.

We zijn er ons wel van bewust dat jullie vraag terecht is en in de toekomst de nodige aandacht vereist..

Daarom zijn we bereid om na te denken hoe we in de toekomst als stedelijk onderwijs aan jullie vraag kunnen tegemoetkomen.

Onze pedagogische dienst krijgt de opdracht om de mogelijkheden begin volgend schooljaar verder onderzoeken.

Terzake vinden we het belangrijk dat we met ouders van De Zonnewijzer een gesprek hebben om naar hun ervaringen te luisteren.

Gezien de overvolle agenda’s zal dit wel pas kunnen eind augustus of begin september.

Mijn medewerkster Nadine Vanhoegaerden zal met u een afspraak maken.

vriendelijke groeten ,

Rudy Coddens

Schepen van onderwijs en opvoeding

tel : 09 / 266 54 30

fax : 09 /266 54 49

[email protected]

Dit is natuurlijk leuk om te lezen.

Zoals ik al in de oorspronkelijke brief aangaf, beseffen we heel goed wat de doorlooptijden zijn van onze vraag.

We hebben de oproep niet gericht voor onze kinderen, maar wel voor de kinderen die later nog komen, de volgende generaties zeg maar.

We houden immers ook rekening met het feit dat de typering van scholen over een tweetal jaren verdwijnt en er dan clusters komen, die de ganse boel gaan veranderen. Het is dan ook onze mening dat door nu reeds aandacht te vragen voor de geschetste problematiek, dit eventueel mee kan opgenomen worden in de gevolgen van de hervorming. Ik ben immers van mening dat de geplande hervormingen in het buitengewoon onderwijs geen project is dat ook na de lancering zondermeer “af” zal zijn, maar bijsturing zal vragen.

Daarom ben ik ook van mening dat het nu een goed moment is om in beleidskeuzes daarmee rekening te houden, zoniet spreken we algauw over misschien vier tot zes jaar vooraleer er terug voldoende ademruimte is na de hervorming om nieuwe zaken op te starten, terwijl als het nu mee wordt opgenomen, het deel kan uitmaken van de noodzakelijke herschikkingen die over enkele jaren zullen gebeuren.

Als ouders hebben we een aparte kijk op de zaken, die op zijn minst “overkoepelend” kan genoemd worden, daar wij door de wachtlijsten – zowel in scholen als andere begeleidingstrajecten – gedwongen zijn een brede kijk te hebben op alle mogelijke vormen van onderwijs en ondersteuning. Vanuit die praktijkervaring zien wij bapaalde overlappingen en hiaten in het aanbod, maar dan vanuit een andere hoek dan beleidsmakers en hulpverleners.

Daarom ben ik alleszins verheugd dat wij kunnen uitkijken naar een onderhoud met schepen Coddens en zijn betrokken medewerkers, ook met het feit dat dit reeds besproken werd en verder zal onderzocht worden.

Wij zijn er van overtuigd dat het beter is samen aan de kar te trekken dan langs de kant te blijven zitten jammeren dat “de overheid” niets doet of niet naar ons zou luisteren.

Wat dus bij deze bewezen is dat in Gent er alvast geluisterd wordt.

Pagina's:12»