mei 7, 2010 - In Vlaanderen    No Comments

Kandidaat nummer 13 op 13 juni

13 wordt een speciaal getal. Op 13 juni trekken we naar de stembus voor cruciale verkiezingen. Ik ben zelf kandidaat, deze keer op de Senaatslijst, als kandidaat nummer… 13, jawel.

Dit worden de vierde verkiezingen waaraan ik deelneem, de derde in drie jaar tijd zelfs. Vorig jaar deed ik voor de N-VA al mee aan de Vlaamse verkiezingen, dit jaar wil ik mijn verantwoordelijkheid opnemen op de Senaatslijst.

Misschien lijkt dat een vreemde keuze en daarom wil ik ze even toelichten.

Ten eerste doe ik mee aan de federale verkiezingen, omdat ik er van overtuigd ben dat je enkel voor een degelijke hervorming kan gaan als je vanuit die federatie zelf daaraan meewerkt. Ik ben er rotsvast van overtuigd dat ons land dringend hervormd moet worden. In de huidige samenwerking met Wallonië kunnen we echt niet verder. Het is hoog tijd voor verandering.

Ik begrijp dat veel mensen daar misschien schrik van hebben, zeker in het zuiden van België. Maar ik ben er van overtuigd dat een hervorming beide landsdelen enkel maar zullen versterken.

Ik ben altijd een voorstander van het adagium “goede afspraken maken goede vrienden”. Dat is volgens mij de meest elementaire zaak die we moeten doen met de franstaligen: duidelijke afspraken maken. Ik denk dat we best naar een model gaan waarin we niet langer een enorme versnippering aan bevoegdheden hebben, vaak zelfs op verschillende niveau’s. Laat het ons gewoon simpel houden: de regio’s zijn het best geplaatst om de meeste zaken van het dagelijks bestuur uit te oefenen. Vlaanderen moet zelf het heft in handen nemen om de dingen te kunnen doen die specifiek Vlaamse problemen zijn.

Daar bovenop moeten we dan beslissen wat we nog samen doen. Sommige zaken zullen nog door een confederaal België behandeld kunnen worden. Andere zaken horen zelfs thuis of Europees niveau.

Neem bijvoorbeeld defensie. Ik ben er van overtuigd dat we uiteindelijk een Europees leger moeten oprichten om de mondiale uitdagingen van deze eeuw aan te kunnen, maar in afwachting van die verdere integratie zou het al te gek zijn dat Vlaanderen nu plots een Vlaams leger zou moeten oprichten. Zoiets kan dus best Belgisch geregeld worden in de hoop dat we dit ooit Europees gaan aanpakken.

En zo kan ik nog wel enkele zaken noemen.

Daarnaast zijn er ook enkele materies die nu nog federaal geregeld zijn die me enorm bezighouden. Economie en meer bepaald alles omtrent infrastructuur houdt me enorm bezig. Met die materie ben ik ook al een tijd achter de schermen bezig. Ik ben onder andere bestuurslid van ISPA vzw. Dit is de belangenvereniging van Internet providers. ISPA is vaak bezig om vanuit de sector mee te werken aan wetgeving omtrent internet, zoals inperken van cybercriminaliteit, kinderporno, spam, maatregelen tegen online pesten, … maar tegelijk ook bezorgd om de digitale kloof te dichten.

Reeds van de jaren negentig houdt me dat bezig. Onze stevige Vlaamse economie verandert snel (maar soms nog te traag) naar een kenniseconomie, waar een goede IT-infrastructuur een even grote rol speelt als mobiliteit dat speelt in bijvoorbeeld geschiktheid voor industrie. We moeten voldoende maatregelen nemen om iedereen op verantwoorde en vooral betaalbare wijze te laten deelnemen aan de samenleving. Ik huiver er van dat, zoals onlangs iemand me zei, men aan bepaalde informatie niet aankan omdat er in de advertentie van de overheid enkel een www vermeld stond en dat een belangrijk deel van die doelgroep eigenlijk geen internet had.

En mijn derde reden is eerlijk gezegd gewoon politiek geïnspireerd. Als gemeentepoliticus ervaar ik elke maand opnieuw hoeveel meer je gedaan krijgt als je binnen een grote partij samenwerkt en niet enkel lokaal actief bent. Dus kan ik als fractieleider in de gemeenteraad beter mijn taak uitvoeren als ik goeie banden onderhou met een nationale partij en met mensen die namens die partij zetelen of zelfs minister zijn. Dus als de partij mij nodig heeft om in het Meetjesland de lokale kandidaat te zijn, dan beschouw ik dat als een plicht om dat te doen. Niet alleen voor Knesselare, maar voor het ganse Meetjesland.

Woord houden

En net zoals vorig jaar is mijn belangrijkste boodschap “woord houden”. In 2007 heb ik als CD&V’er mijn woord gegeven in de campagne dat er iets moest veranderen. Als er in drie jaar nu iets duidelijk is geworden, is het wel dat de CD&V dat niet gedaan heeft, maar soit, dat is hun zaak.

Ik wil wel consequent verder werken aan wat er toen beloofd is: meer Vlaanderen, niet omdat ik een navelstaarder ben, wel omdat het nodig is oplossingen op maat uit te werken.

Campagne

De campagne is bij deze dus gestart. Ze zal kort en krachtig zijn. Veel tijd voor massa’s drukwerk, tientallen markten, hopen borden en zo is er niet, tenzij met voldoende hulp. Dus je hoort mij al komen: wie een handje wil toesteken, is van harte welkom. Er is heel wat te doen: affiches verdelen, folders bussen, aanbevelingsbrieven schrijven, … Alle hulp, hoe klein of groot ook, is welkom. Mail dus gerust naar [email protected].