apr 22, 2009 - In Vlaanderen    No Comments

Zuurstof voor de KMO's

Als bedrijfsleider van een KMO zit ik natuurlijk op de eerste rij om zelf te zien wat de gevolgen zijn van de crisis. Ons bedrijf groeit nog, trager dan vorig jaar, maar er is nog een kleine groei, dus ik mag nog niet klagen.

Een punt wat ik wel vaststel, is dat op twee maand tijd de betalingen enorm achter lopen. Het bedrag aan openstaande debiteuren is met 175% gestegen, de energie om in te vorderen bijna verdrievoudigd. Advocaten en deurwaarders mogen dus in hun handen wrijven.

Als ik dan naar klanten bel, is de meest gehoorde uitvlucht (maar wel de waarheid, vrees ik) “jamaar, mijn klanten betalen ook niet”…

Vorige maand zat ik aan een rondetafelgesprek met andere dotcom-bedrijfsleiders en het is duidelijk een wijd verspreid fenomeen. Ook binnen VOKA en zo heb ik collega-ondernemers aangesproken en overal klinkt hetzelfde liedje.

En er is ook een duidelijke trend: de grote bedrijven, met de multinationals op kop, zijn de slechtste betalers. Daar is het begonnen, al in november-december. Nu is dat dus doorgesijpeld op kmo-niveau.

Resultaat: nu komen de kmo’s onderling in betalingsproblemen en zal je zien dat structureel gezonde kmo’s over kop gaan door liquiditeitsproblemen.

Als je dan in de kant leest dat InBev gewoon hun leveranciers voor het blok zet en betalingstermijnen van 120 dagen eist, dan tikt die tijdbom plots zoveel harder, want vele andere bedrijven zullen volgen.

Afgelopen weekend sprak ik nog met Jan Jambon over de kredietcrisis. Ondanks de beloften van de banken-CEO’s in de bankencommissie, is het op het terrein te merken dat je als bedrijf minder makkelijk én vooral minder krediet krijgt. En dat terwijl liquiditeit een belangrijk wapen wordt om te overleven.

Als bedrijfsleider ben ik economisch liberaal ingesteld, met smaak voor een goed correctiemechanisme van de overheid. Niet de ganse economie moet totaal vrij zijn (ik ben tegen diverse liberaliseringen van gemeenschappelijke dienstverlening zoals elektriciteit, post, …).

Nu in tijden van crisis is het gepast dat een overheid strenger optreedt. Liefst op Europees niveau. Hier is nu de kans aan Europa om eens haar nut aan de economie en dus aan de burger te tonen, die de afgelopen twee jaar dat nut betwijfelt heeft in verschillende neen-referenda.

Misschien moeten we het Franse voorbeeld vormen en gedurende twee jaar een wettelijke beperking op betalingstermijnen zetten, bijvoorbeeld 60 dagen maximaal. Zeker in Vlaanderen als kmo-land is zulkle maatregel wenselijk.

Want economie, zo herinner ik mij nog al lang vervlogen lessen, is de wetenschap van geld te laten omgaan. Stilstaand geld is verloren geld. Dus hoe beter de roulatie van de monetaire stromen in de economie, des te beter zal de economie zijn.

We moeten vanuit de politiek (mijn andere hobby) durven zeggen dat de pure vrije markt gefaald heeft. We stonden te juichen bij de implotie van het communisme, nu juicht niemand. Daar is ook geen reden toe, maar we moeten het wel durven toegeven.

Dus moet de overheid nu ook durven terugkeren op sommige stappen in het vrijemarktmodel dat Europa ons heeft opgelegd. Er zijn dwingende sturende maatregelen nodig en die zullen geld kosten. Niets doen zal ons meer kosten.

En laat ons daarbij goed het oog houden op welk niveau dat we dat doen: heel wat maatregelen zijn wenselijk op Europees niveau, de rest aan lokale maatregelen worden best door Vlaanderen en Wallonie apart genomen. Want de problemen en uitdagingen zijn zo verschillend dat als we enkel globale (Belgische) maatregelen zullen nemen, ze nooit juist kunnen zitten. Het Vlaamse kmo-land heeft andere katten te geselen dan het Waalse industriegebied.