sep 14, 2006 - In de wereld    No Comments

Vrije meningsuiting over de beperking van de vrije mening

Ik begin stilaan schrik te krijgen in dit land. Ik heb ooit al lachend gezegd dat na de val van de USSR België na Cuba het meest communistische land is ter wereld. Niet negatief bedoeld op zich, want ik refereerde naar het socialisme en naar het sociaal systeem.

Maar sinds enkele maanden bekruipt me het gevoel dat ik met die uitspraak blijkbaar een toekomstvoorspelling heb gemaakt. Want het was een typisch kenmerk van de USSR en bijhorende satellietstaten om gedachten aan banden te leggen.

Blijkbaar probeert men in België nu toch ook wel heel sterk werk te maken van gedachtencontrole. De gedachtenpolitie is er al, met name het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding.

België heeft al één van de verregaandste wetgevingen met betrekking tot antidiscriminatie en negationisme.

Deze wetgeving begint de laatste tijd echter wel heel veel uit de kast gehaald te worden. Yves Leterme heeft al enkele klachten aan zijn been omwille van een politieke uitspraak.

Vandaag lees ik op LVB.net dat Le Soir op de vingers werd getikt door het CGKR omwille van een alinea in de wekelijkse glossy bijdrage in een stuk dat gewoon ging over de verheerlijking van het Vlaamse Knokke-Zoute:

Wie koopt er zoal? Duitsers, Vlamingen, meer bepaald rijke Antwerpenaren die er elk weekend toestromen, en ook de Joden, die traditioneel gehecht zijn aan Het Zoute.

Net zoals Luc Van Braekel vraag ik me af: waar zijn we in godsnaam mee bezig? Ieder woord en gedachte moet gewikt en gewogen worden. Ik zou soms schrik krijgen om mijn gedacht te zeggen op deze blog. Stel je voor dat Groep9910 klacht indient bij het CGKR omdat ze zich gediscrimneerd voelen omdat hen totaal onkundig vind om onze gemeente te besturen.

Het baart me tevens zorgen dat de wetgeving nogal ruim wordt geïnterpreteerd en bijgevolg open staat voor de willekeur van wie ze wil inroepen. Ik stel daarbij vast dat bepaalde groepen die toch niet te klagen hebben over een constante onderdrukking maar al te graag klacht indienen.

Let wel, ik ben het eens met de geest van de wetgeving. Structurele discriminatie is een totaal gebrek aan respect voor mekaars vrijheid, maar een structureel ontnemen van onze vrijheid van mening is een discriminatie die zelfs verboden is door het fundamentele charter van de Rechten van de Mens.

Voor sommigen gaat het nog niet ver genoeg. Patrick Dewael – een liberaal notabene, of alleszins iemand met een lidkaart van de VLD – wil een nieuwe wet die racistische en negationistische organisaties kan laten verbieden. De minister is echter niet moedig genoeg om zelf zo’n wet te maken (misschien schrik dat hij een klacht krijgt wegens discriminiaties van bepaalde organisaties die zich geviseerd voelen?) en vraagt het parlement om zo’n wet op te stellen.

Ik vind het dan gewoon jammer dat net de bedoeling van de wet – waar ik dus achter sta – niet gehaald wordt. Of niet wil gehaald worden. Deze week las ik nog in het Nieuwsblad dat men de manifestatie van Blood & Honour niet kon verbieden met de huidige wetgeving. Men grijpt dit voorval maar al te graag aan met een “zie je wel dat we een nieuwe wet nodig hebben”…

Maar ik betwijfel of dit nodig is…

Is dit eigenlijk geen teken van zwakte van onze leiders? Ook in een dictatuur wordt een geheime politie opgericht die subversieven (lees: anders-denkenden) moet opsporen en liquideren. Als lid van Amnesty International schrijf ik elke maand wel enkele brieven om het op te nemen voor zulke mensen, ik hoop dat ik binnenkort niet moet beginnen schrijven voor landgenoten.

En tegelijk wil ik oproepen om de hand in eigen boezem te steken. We moeten in onze eigen straat terug meer aandacht hebben voor mekaar. Respect voor de medemens begint met respect voor de mens die vlak bij je staat.

Als gemeentelijk politicus hoop ik om meer ondersteuning te kunnen geven aan wijkfeesten. Onze gemeente kent er nog heel wat en toch stel ik vast dat de laatste jaren de opkomst ook daar verder wegzakt. De eerste wijkkermis is al verdwenen en we moeten tijdig halt roepen aan het wegsluimeren van deze bijeenkomsten. De verzuring moeten we in eigen straat bevechten en als gemeentebestuur kunnen we daarbij een handje helpen, denk ik.

Meer respect voor iedereen, we kunnen er alleen beter van worden.